Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als nu David wederkwam, om zijn huis te [44]zegenen, ging Michal, Sauls dochter, uit, David tegemoet, en zeide: [45]Hoe is heden de koning van Israel verheerlijkt, die zich heden voor de ogen van de dienstmaagden zijner dienstknechten heeft ontbloot, gelijk een van de [46]ijdele lieden zich onbeschaamdelijk ontbloot? 44. Zie vs.18. 45. Dit spreekt zij spottenderwijze, willende zeggen dat David zichzelven als weggeworpen en te schande gemaakt had, zich aanstellende niet als een koning, maar als een van de snoodsten en verachtelijksten onder het volk. 46. Van het kaal, ijdel en lichtvaardig gespuis, zie Richt.9:4. Hebreeuws, zich ontblotende ontbloot, of, ontbloot wordende ontbloot wordt.